zaterdag 31 augustus 2013

Jared

28 September

Ik sloop op blote voeten de trap af en hield mijn adem even in toen een van de treden kraakte. De leerlingenkamer was donker en ik liet mijn voeten in de schoenen glijden die ik van boven mee had genomen. Ik haalde even diep adem en liep richting het portretgat. "En waar dacht jij naartoe te gaan?" Ik dacht even dat ik een hartverzakking kreeg en draaide me vliegensvlug om. Nyna zat in een stoel dicht bij de openhaard, waar nu alleen nog maar wat kooltjes in smeulden. Ze stak snel een lantaarn aan en in het licht zag ik nu ook het gezicht van Loïs, die achter de stoel stond. "Serieus, ik schrok me bijna dood." siste ik. "Wat doen jullie hier?" voegde ik er in gedempte toon aan toe. "Die vraag zouden we jou ook kunnen stellen. Maar goed, we wachtten jou op natuurlijk. We zijn namelijk nieuwsgierig naar waar jij de hele tijd 's nachts heen glipt." zei Nyna. Ze leek zich veel te veel te vermaken door deze situatie. Loïs daarentegen zag er helemaal niet zo nieuwsgierig uit en keek vooral erg nerveus. Ze zag eruit alsof ze veel liever in haar bed had gelegen op dit moment. "Hoe weten jullie dat ik 's nachts wegglip?" zei ik verbaasd. Naar mijn gevoel was ik de hele tijd heel voorzichtig geweest en had niemand me nog door gehad. "Je valt steeds in slaap tijdens de les." zei Loïs een beetje ongemakkelijk. Nyna knikte. "Bovendien is de onderkant van je gewaad 's ochtends nog nat. Lijkt erop alsof je 's nachts in het natte gras aan het huppelen bent." zei ze triomfantelijk. Ik zuchtte diep. "Goed dan. Ik ben aan het oefenen met zwerkbal." "Heb je echt een bezem gestolen?" vroeg Loïs geschrokken. "Technisch gezien leen ik hem alleen. Ik zet hem elke nacht gewoon weer terug. Bovendien staat het bezemhok vaak niet op slot." mompelde ik. "Goed. Klinkt spannend." zei Nyna. Ze was ondertussen opgestaan en hield haar lantaarn voor zich uit. Ze liep naar het portretgat. Ik keek haar verbaasd aan. "Wat? Waar wachten jullie nog op? Tijd om te vliegen." zei ze, terwijl ze door het portretgat klom. Ik wisselde even een blik uit met Loïs, die zo te zien sterk tegen dit plan was. Ondertussen was Nyna al uit het zicht verdwenen. Ik zuchtte. Ik was helemaal niet van plan geweest deze twee mee te nemen op mijn oefensessies. Maar nu dwaalde Nyna al alleen door het kasteel heen en als ze gepakt zou worden, was het deels mijn schuld. Ik keek naar Loïs. "Ik denk dat we er maar achteraan moeten, voordat ze zich in de nesten werkt." zei ik met een zucht. Loïs haalde even diep adem en knikte toen. Ze liep langs me heen en klom ook door het portret. Ik volgde als laatste. Nyna stond ons op te wachten bij de ingang naar de zesde verdieping. "Kom op dan!" siste ze. Ik drukte mijn vinger tegen mijn mond en liep over de trap naar beneden. "Sssst. We willen echt niet betrapt worden." zei ik bijna geluidloos. Met z'n drieën liepen we zachtjes en voorzichtig door het kasteel. "Ik snap niet dat je nog nooit betrapt bent." zei Nyna, toen we eindelijk buiten stonden. Ik grijnsde. "Ach, als je zo goed bent als ik..." begon ik, en Nyna gaf me een harde stomp tegen mijn schouder. "Au." siste ik, en ik keek haar boos aan. We liepen verder naar het Zwerkbal terrein. Toen we halverwege waren, draaide Loïs zich opeens om. Ze had nog niks gezegd sinds we de leerlingenkamer uit waren gegaan. "Volgens mij zag ik iemand." zei ze zacht. Haar stem klonk een beetje bang. Nyna en ik bleven staan en keken in de richting waarin Loïs keek. Ze had gelijk. Er was inderdaad iemand aan het snelwandelen over het terrein. Nyna was bleek geworden. "Laten we snel teruggaan, voordat we betrapt worden." siste ze. "Wacht." zei ik. Ik had mijn ogen samengeknepen tot spleetjes. "Dat is geen leraar... Moet je kijken hoe klein dat persoon is. Dit is een leerling. Waarschijnlijk ook een eerstejaars." Fluisterde ik. "Laten we toch naar binnen gaan." zei Loïs. Ik schudde zachtjes mijn hoofd. "Nee, nu wil ik ook weten wie hier nog meer 's nachts door het kasteel sluipt." zei ik koppig, en ik liep in de richting waarin het persoon ook liep. Naar het verboden bos.

zaterdag 23 februari 2013

Madison

De lesweken waren inmiddels al een tijdje bezig. Ik deed het uitstekend in de lessen, ik voelde dat ik snel leraar favoriet zou worden bij vele. Alles liep nog geheel volgens plan. Als die domme Hagrid binnenkort weg zou gaan, zou ik mijn kans grijpen om 'Candice' terug te stelen. Candice, waarom Candice, hij had mijn moord-monster Candice genoemd. Ik schudde de gedachte weg. Zodra ik haar weer in mijn handen had, zou ik haar verstoppen in de Geheime Kamer. Misschien een beetje cliché, maar er zou toch niemand kunnen komen. Hoeveel mensen spreken er nu Sisselspraak hier? Ik moest een van de weinige zijn, misschien zelfs wel de enige. Ik glipte het kasteel uit, ik was op weg naar het Verboden Bos. In het Verboden Bos wemelde het van de Acromantula's. Ik zou ze onderdruk gaan zetten met mijn Sisselspraak. Ik zou op ze inpraten, net zolang tot ze aan mijn kant stonden. Als ik de sterkste heks van deze tijd wilde worden, moest ik alles aan mijn kant krijgen. Ik moest macht krijgen. Er stond een sluwe grijns op mijn gezicht. Ik was zo verzonken in mijn gedachten dat ik even vergat op te letten. "Wat mot dat? Scheer je weg! Het Verboden Bos is verboden!" bulderde iemand. Geschrokken keek ik om. Hagrid. Hoe kon ik uit mijn concentratie zijn gevallen. Ik hield altijd alles in de gaten! Merlijns baard! Ik zette een onschuldige glimlach op en liep naar Hagrid. "Sorry, ik was gewoon nieuwsgierig" zei ik. Ik probeerde opgewekt en onschuldig te klinken. "Terug het kasteel in, het is bijna etenstijd." Hagrid liet me verder gewoon links liggen. Ik tuitte afkeurend mijn lippen, stak mijn neus in de lucht en liep ik terug naar binnen. Wat dacht die stomme reus wel niet! Woedend ging ik naar de meisjes wc op de eerste verdieping. Het was er stil en leeg. Zelfs Jammerende Jenny was er deze keer niet. Ik kon in alle rust even weg. Ik liep naar de wasbakken, streek met mijn hand over de kapotte kraan. Ik opende mijn mond en er ontsnapte een soort van gesis. Een gesis dat niemand zou begrijpen. Ik keek toe hoe de wasbak naar beneden zakte, hoe er een gat ontstond. Het gat was net groot genoeg voor een volwassen man. Aan het einde van het gat was de Geheime Kamer, die inmiddels niet meer zo geheim was als vroeger. Ik was niet bang om naar beneden te gaan. Ik was immers de erfgenaam van Zwadderich en de Basilisk was dood. Gedood door die nare Harry Potter. De jongen die mijn vader had vermoord! Ik ging op de rand van het gat zitten en liet mezelf voorzichtig naar beneden glijden. Ik had tijd voor mezelf nodig. Mijn hoofd leegmaken.

woensdag 20 februari 2013

Nyna

Herbology was best oké. Ik vond het niet zo geweldig als toverdranken en op een bezem zitten was ook vele malen spectaculairder, maar ik was tenminste niet rampzalig met planten en dat scheelde een heel eind. Het meisje waar ik de opdracht mee uit moest voeren had echter minder groene vingers. Sterker nog, het zou me niets verbazen als haar vingers pimpelpaars waren geweest. Haar naam was Lilian Mayfield en ze was ingedeeld in Hufflepuff. We hadden afgesproken dat ik de plant zou porren en dat zij het stinksap dan op zou vangen. Dat ging alleen niet helemaal zoals de bedoeling was. Uiteindelijk was het sap overal beland, behalve in het flesje waar het in zou moeten zitten. "Ik geloof dat ik zo na de les maar meteen ga douchen." zei ik met dichtgeknepen neus. Het was duidelijk waarom het spul stinksap heette. Ik wierp een blik op Loïs en Jared die nu druk aan de gang waren. Ook zij waren besproeid met stinksap, maar nu ging het tenminste wel beter. Loïs wist goed hoe ze met de Mimbulus Mimbeltonia om moest gaan, ookal leek het me alsof Jared zelfs nog nooit een tulp water had gegeven. "Zal ik misschien het sap opvangen?" zei ik na een tijdje tegen Lilian. Ze knikte even zenuwachtig. Ze leek alles wel prima te vinden als het sproeien van het sap maar zou stoppen. Ik pakte het flesje van haar over en haalde even diep adem. Dit was echter een verkeerde beslissing, want de afschuwelijke geur van het sap drong mijn neusgaten binnen en ik moest de neiging om te kokhalsen verdringen. "Gaatie lekker Matthews?" zei Jared met een grijns terwijl hij elegant in een puist van de Mimbulus Mimbeltonia prikte. "Prima Black. Kan niet beter." zei ik terwijl ik de grijns retourneerde. "Er zit wat spul daar." zijn Jared. Zijn grijns werd wat groter terwijl hij zijn hele gezicht aanwees. Loïs lachte. Ik glimlachte poeslief naar hem. "Beter wat stinksap op je gezicht dan een vliegrace verliezen van een meisje." zei ik vrolijk. Lilian prikte voorzichtig in een puist en ik ving het sap op terwijl ik zag hoe Jared een beetje geërgerd weg keek. Nu Lilian prikte en ik opving ging het allemaal veel beter en we hadden een paar flesjes weten te vullen voor het einde van de les. "Zo. En nu wil ik zo snel mogelijk de douche in." zei ik terwijl ik richting Jared en Loïs liep.

zaterdag 4 augustus 2012

Loïs

Met een heel erg opgelucht gevoel liep ik over het stenen pad dat richting de kassen ging. De vliegles was echt verschrikkelijk geweest. Het liefst bleef ik gewoon met beide voeten aan de grond. "Zag je hoe hard ik ging!" hoorde ik Jared opgewekt zeggen. "Maar ik was wel sneller" wreef Nyna hem nog lekker even in. Jared bleef vrij rustig. "Dat heeft een naam weetje, namelijk, beginners geluk." zei hij, met zijn wijsvinger omhoog stekend. Ik grinnikte een beetje. Langzaamaan dreven de geuren van planten en bloemen en aarde mijn neus binnen. Ik voelde dat ik kippenvel kreeg. Dit was de les waar ik zo naar had uitgekeken. Herbology. We liepen kas 2 in, waar we vandaag les zouden hebben. Normaal mochten eerstejaars geen les krijgen in de kassen, maar dit jaar was er een uitzondering. Ik was benieuwd wat we gingen doen. Toen de klas vol was kwam de leraar binnen. Het was Neville Longbottom, een vriend van de beroemde Harry Potter. Hij was altijd heel slecht op school geweest, maar hij was een echte uitblinker in Herbology. "Welkom klas, ik ben professor Longbottom, jullie leraar Herbology. Jullie zullen je wel afvragen waarom we vandaag in de kassen zijn nietwaar? Nou, dat zal ik eens uitleggen dan. Ik vind dat je pas over planten moet gaan leren als je ze eerst gezien hebt, in het echt. Foto's in leerboeken zijn toch net iets anders dan de levende planten hier. Ik wil dat jullie je een goed beeld kunnen vormen bij de planten die we dit jaar gaan behandelen, dus ik heb het een en ander voorbereid en jullie mogen aan het einde van de les zelf nog even aan de slag." Hij knikte en keek even de klas rond. Daarna haalde hij zijn toverstok tevoorschijn en gaf hij een kort zwaaitje. Er rolde een grote bak zijn kant op, met een plant erin die er een beetje uitzag als een cactus. Ik herkende hem direct. "Weet iemand wat dit is?" vroeg Neville. Meteen schoot mijn hand de lucht in. "Juffrouw Johnson" Ik voelde mijn wangen rood kleuren en mijn verlegenheid speelde een beetje op. "H-het is de Mimbulus Mimbletonia." Ik slikte even. Mijn hoofd werd een zwart gat zodra ik doorkreeg dat alle ogen op mij gericht waren. Mijn handen trilde lichtjes. "Als je de plant port, activeer je zijn verdedigingssysteem, het spuit dan Stinksap. Dit sap kan later gebruikt worden om dieren te genezen. De plant is heel erg zeldzaam." Ik herkende de kille stem van de persoon die zojuist alles over de plant vertelde wat ik wilde vertellen. Madison Higgs. Ik beet op mijn onderlip. "Ja, ja, vijf punten voor Slytherin" zei Neville. Vervolgens keek hij trots naar de plant. "Dit is de enige aanwezige Mimbulus Mimbletonia hier op Hogwarts. Ik heb hem zelf hier gebracht en onderhouden. Ik heb deze plant al sinds mijn vijfde jaar hier, als leerling. Zoals juffrouw Higgs net al zei, deze plant is zeer zeldzaam en zijn sappen worden hier veel gebruikt. Ik wil dat jullie straks zelf wat van dat sap gaan verzamelen." Na de Mimbulus kwamen er nog heel wat planten voorbij, maar ik bleef stil. Ik voelde me beledigd doordat Madison mijn informatie net had afgemaakt. "Oké, vorm groepjes van twee en vang het sap op in de potjes die daar staan." zei Neville. Ik vormde een groepje met Jared en Nyna eindigde met een meisje uit Hufflepuff. We liepen naar de plant toe. "Oké, ik por en jij vangt het op, oké?" stelde Jared voor. Ik haalde mijn schouders op. Ik vond alles goed. Ik pakte een potje en draaide de deksel er vanaf. "Klaar? Drie, twee, een..." Jared porde de plant en vrijwel meteen sprongen de puistachtige bulten op de plant open. Het sap spoot alle kanten op. Jared en ik zaten helemaal onder, maar ons potje was nog leeg. We keken elkaar even beduusd aan en schoten toen in de lach.

zaterdag 24 maart 2012

Jared

"Du. Fiegflez fandaagf." zei ik met een grijns op mijn gezicht en een halve tosti in mijn mond. "Serieus. Heb jij ooit gehoord van eerst kauwen, dan slikken en dán pas praten?" zei Nyna, met de walgende blik in haar ogen waarmee ze vaker naar me keek als ik aan het eten was. Loïs en zij zaten tegenover mij aan tafel. Ik kauwde nog een paar keer en slikte toen. "Maar dat is veel minder leuk." zei ik schouderophalend. "Hoe dan ook. Vandaag is onze eerste vliegles!" zei ik toen nog maar een keer, omdat de eerste poging kennelijk gefaald was. "Oh ja! Vliegen!" zei Nyna enthousiast. Ook Loïs leek het idee om te gaan vliegen erg interessant te vinden. "En na de vliegles komt natuurlijk het leuke werk. Zwerkbal. Echt Zwerkballen." zei ik, terwijl ik met mijn vuist, waarin mijn vork zat geklemd, op tafel sloeg. Nyna keek me met opgetrokken wenkbrauwen aan. "Ehm.. Jared? De vorige keer dat ik het heb gecheckt was je een eerstejaars. En eerstejaars mogen geen bezem, laat staan meespelen in het Zwerkbal team. En volgens mij heet je geen Harry Potter." Ik wuifde Nyna's woorden weg. "Details, details." zei ik. "Ik zorg gewoon dat ik aan een bezem kom en ga oefenen buiten schooltijd om. Ik weet zeker dat ik in het team kan komen als ze zien hoe ik speel." Loïs keek een beetje ongelovig. "Ga je echt een bezem stelen? Ik dacht eigenlijk dat je dat als grap bedoelde.." zei ze. Ik haalde mijn schouders op. "Zo'n groot probleem is het niet. Het is niet alsof ze een simpele schoolbezem zouden missen." zei ik nonchalant. Nyna grijnsde, met haar wenkbrauwen nog steeds opgetrokken. "Nou, ik zal er veel plezier in hebben om te zien hoe je dat aan het proberen bent. Maar goed. Ben je klaar, Holle Bolle Gijs? Anders komen we nog te laat bij je geliefde vliegles." zei ze terwijl ze opstond. "Ja, ja. Ik kom eraan." zei ik, de rest van de tosti meegrissend. We liepen de gangen door, naar buiten. Het september zonnetje lachte ons toe. De temperatuur was erg aangenaam en de dauwdruppeltjes maakten onze schoenen en de onderkant van onze gewaden nat. We liepen naar het grasveld naast het Zwerkbalveld lag. Het oefenveldje. Er lagen een paar rijen met bezemstelen. "Goed, ga allemaal naast een bezemsteel staan! En een beetje opschieten graag! We hebben niet de hele dag de tijd!" zei Madame Hooch. Nyna, Loïs en ik gingen naast elkaar staan. Ik grijnsde en keek naar de bezem. Het was een oud model, maar het kon er nog wel mee door. "Goed. Volgens mij is iedereen er. Laten we maar meteen beginnen." begon Madame Hooch. Ze begon met een kletspraatje over dat veiligheid het belangrijkste was in haar les, en dat als je de regels zou overtreden, je erop kon rekenen dat je van school gestuurd zou worden. Ik onderdrukte een gaap. Na tien minuten was ze eindelijk uitgepraat. "Goed. Om te beginnen houden jullie allemaal je hand boven je bezem, en zeggen jullie 'up'." Zei ze. Ik deed wat ze zei. "Up." zei ik en ik voelde hoe het hout van de bezem mijn hand raakte. Ik grijnsde en keek om me heen hoe de rest het er vanaf bracht. Nyna's bezem was ook zonder problemen omhoog gekomen. Loïs had alleen meer problemen. "Up." Haar stem klonk zenuwachtig. "Rustig maar, Loïs. Er gaat niks ergs- Au." zei Nyna. Loïs bezem was nu wel omhoog gekomen, maar wel zo dat de steel in haar gezicht terecht kwam. Ik grinnikte en Nyna sloeg haar hand voor haar mond. Kennelijk moest zij ook een grijns onderdrukken. "Au." zei Loïs een beetje beteuterd. Aan de overkant van het veld stonden de Zwadderaars. Het meisje dat ons nu al een paar keer had lastiggevallen, Madison heette ze volgens mij, had ook wat moeite gehad met haar bezem, maar nu steeg het ding toch twijfelachtig op en kwam het in haar hand terecht. Na nog een paar simpele oefeningetjes, mochten we eindelijk een klein stukje gaan vliegen. Ik stapte op mijn bezem en zette af. Nyna en Loïs deden hetzelfde. Loïs bleef dicht bij de grond, maar Nyna steeg iets hoger. "Hé. Wedstrijdje, Matthews?" zei ik met een grijns. "Als je dat durft, Black." zei ze, mijn grijns beantwoordend. We telden af en begonnen recht vooruit te vliegen. Het ging best goed. Ik ging best wel snel en ik genoot van de wind die om mijn gezicht heen streek. Het gras schoot als een groene waas onder me langs en ik kon de bomen niet eens van elkaar onderscheiden. Het gevoel wat vliegen me gaf was echt geweldig. "Boe." hoorde ik opeens naast me. Ik keek geschrokken opzij en zag hoe Nyna me inhaalde. Met grote ogen boog ik me verder over mijn bezem om meer snelheid te maken, maar Nyna was gewoon sneller. Ik snapte het niet. Hoe kon dit? Ik was ontzettend goed in vliegen, en nu kwam een meisje dat nauwelijks op een bezem had gezeten me opeens inhalen. Een meisje nog wel! Nyna finishte als eerste. Ze keek me grijnzend aan toen ze van haar bezem stapte. "Toch niet zo snel als je dacht te zijn, hè Black?" zei ze.

zondag 6 november 2011

Loïs

Dag 3

"Goedemorgen Dagda!" Ik ging overeind in mijn bed zitten en krabde mijn kleine prins achter zijn zachte oortjes. Ik schoof de gordijnen van mijn hemelbed open. Alle andere gordijnen waren nog gesloten. Mijn ogen gleden naar de grote ouderwetse klok die naast de deur hing. Half zeven. Dat was best vroeg. Ik haalde mijn schouders op en begon me om te kleden. Met pijn en moeite kreeg ik mijn haar in bedwang. Soms had ik een hekel aan mijn krullen. Dagda mauwde. Ik tilde hem op en liep de slaapzaal uit. De leerlingenkamer was ook leeg. In de haard lagen wat blokken hout na te smeulen. Met een glimlach op mijn gezicht liet ik mezelf op de rode bank vallen die voor de haard stond. Uit mijn schooltas die ik ook had meegenomen, haalde ik een klein donkergroen boekje. "Herbology, A Study On It's Own" stond er op in goudgele letters. Ik sloeg het boekje open op bladzijde 26, daar was ik gebleven. Het boekje zat vol met allemaal kleine stukjes informatie over ontelbare magische planten. Ik had het zien liggen bij Flourish and Blotts toen ik met papa en mama in de Diagon Alley was. Het zag er interressant uit en het werd met korting verkocht. Ik las nu iets over de Umbrella Flower. Het ware grote, sterk ruikende bloemen. Ik wist dat er hier op Hogwarts veel aanwezig waren. Morgen zouden we voor het eerst Herbology hebben. Ik had er zoveel zin in. Planten zijn zo fascinerend. "Ben jij ook al op?" Ik keek op van mijn boekje. Jared stond op de onderste traptrede van de trap die naar de jongens slaapzalen leidde. Hij liep verder en ging op de stoel naast de bank zitten. "Wat lees je?" Ik reikte het boek naar hem uit. Hij bekeek kort de voorkant. "Saai" mompelde hij. Slaperig ging hij met zijn hand door zijn haar. Dagda sprong van de bank en hij ging blazend voor Jared staan. Jared keek met opgetrokken wenkbrauwen naar de kat. Dagda had een kromme rug en blies steeds harder. "Dagda! Stop ermee!" Ik vloog overeind van de bank en pakte Dagda op. "Het is Jared maar, hij doet niets" zei ik zachtjes tegen Dagda terwijl ik hem knuffelde. Dagda gaf me een kopje. "Zullen we naar de Grote Zaal gaan?" vroeg Jared. "Moeten we niet op Nyna wachten?" "Hadden jullie het over mij?" Nyna kwam de leerlingenkamer binnen. Ze was erg opgewekt en wakker. "Kom, laten we gaan, ik heb honger!" zei Jared. Hij stond op en liep naar de tunnel die naar het portret van de Dikke Dame leed. Nyna en ik volgde hem.

zondag 9 oktober 2011

Nyna

"Walgelijk." mompelde ik. Ik keek vanuit mijn ooghoeken naar Jared die zijn aardappelpuree naar binnen werkte alsof hij al drie maanden niets gegeten had. "Ik he gewoen honge." mompelde hij met volle mond. Ik rolde even met mijn ogen en wendde demonstratief mijn blik af. Loïs zat tegenover ons en keek nog steeds een beetje moeilijk. "Ah, Loïs. Denk nou eerst maar niet teveel aan de situatie met Hagrid. Het is eigenlijk onze zaak helemaal niet." zei ik sussend en ze knikte even, maar haar blik bleef moeilijk. "Hagrid? Die halfreus die op het terrein woont?" zei opeens een stem aan mijn linkerkant. Ik schrok een beetje. Had ik teveel gezegd? Had ik Hagrid nu verraden? Ik keek naar links en de nieuwsgierige ogen van Gwen staarden me aan. Emily en Audrey zaten ook in de buurt. "Ja. Hij is eh.. Nogal groot hè?" zei ik snel. Ik wist niet zo goed hoe ik hierop moest reageren. "Ja! En zo harig!" giechelde Emily. Jared was gestopt met eten en keek van mij naar de drie meisjes. Daarna begon hij gewoon weer door te eten. Ik schonk nog wat pompoensap voor mezelf in. Gwen en Emily waren ondertussen druk bezig in een gesprek over Hagrid. Audrey bleef alleen maar naar me kijken. Het gaf me een beetje de rillingen. Had zij wel uit het gesprek kunnen halen dat er iets aan de hand was? Toen de toetjes op tafel kwamen schepte ik een groot stuk strooptaart op mijn bord. Toen dat ook op was, was ik ik aardig duf in mijn hoofd. "Hmm. Dat was fijn." mompelde ik. "Laten we naar de leerlingenkamer gaan." zei Jared. Hij stond al naast de bank. Loïs knikte en we gingen met z'n drieën op weg naar de leerlingenkamer. Toen we daar waren aangekomen begonnen we weer met ons huiswerk, nu zelfs Jared.